Errare humanum est

Back with a new batch!

03/06/2004

“We worden oud hé?” zei ze tegen me en keek me verdrietig aan. In 42 jaar huwelijk had ik die blik nog nooit gezien. “Oud?” zei ik in een poging die blik weg te lachen – “Oud? Onzin. De jeugd van tegenwoordig, die worden pas oud.” Ze schudde haar hoofd en keek treurig in haar glaasje sherry.
“Hee, wat is er nou in eens?” vroeg ik. Ze schudde nog steeds haar hoofd. Mijn poging om haar bui weg te lachen was mislukt, zoveel was duidelijk.
“Weet je nog dat jij me beloofde dat je nog steeds van me zou houden, zelfs als ik oud was..?” Ik wist het nog. Op een bankje in een park, ergens in Praag. Ik knikte en keek haar aan. Van het meisje van toen waren alleen haar prachtige groene ogen nog over. De moeder van mijn kinderen, de oma van mijn kleinkinderen, levensgezellin en zielsmaatje. Het uiterlijk van Praag was in de 45 jaar nadat we er geweest waren net zo veranderd als zij. En toch was het nog altijd diezelfde levendige stad die het altijd was. “Hou je nog van mij?” vroeg ze en keek weer naar haar glas. Praag was zonet weer een stukje veranderd. We hadden elkaar nooit naar bevestiging gevraagd, we hadden er sowieso altijd weinig over gesproken. Wij waren niet van die praters, die overal altijd maar over moesten spreken om de relatie tot stand te houden. Wat wij hadden was dan ook technisch gezien geen relatie, maar liefde.
“Waarom vraag je me dit nu in eens?” vroeg ik maar zij schudde haar hoofd. “Geef gewoon antwoord”, zei ze op een toon die beangstigend serieus was. “Houd je nog van me, of niet?”
“Houden van”, zei ik – en ik meende het – “houden van zeggen de mensen nu tegen elkaar als ze met elkaar seks willen hebben…” Ze onderbrak me. “Geef antwoord! Ik vraag niet om een van je theorieën, of je cynische levensvisie op de rest van de wereld. Ik vraag je: houd je nog van mij!”
“Nee”, zei ik en ik meende het. “Ik houd niet van je. Ik heb je lief. Meer dan het gesproken woord kan zeggen, meer dan honderd schrijvers kunnen dichten en meer dan God kan scheppen.” Ze begon te huilen. Ik stond moeizaam op uit mijn stoel en liep naar haar toe. Ze veegde juist haar tranen aan een zakdoek af. “Waarom houd je niet van me?” vroeg ze.
“Omdat houden van tijdelijk is, net als verliefdheid. Net zoals verliefdheid overgaat in houden van – wat tegenwoordig voor niemand meer genoeg is, gezien het aantal scheidingen – gaat houden van over in liefhebben. Een van Gods kleine grapjes. Liefhebben, dat is honderdduizend keer sterker. De grootste liefde die er bestaat. En de mensen halen het maar zelfden, want ze kunnen nergens meer van houden. Of ze gaan te vroeg dood. Maar tegenwoordig hebben ze de technologie om zo te leven als ze willen, maar ze hebben niets meer om voor te leven, want ze kunnen niet meer van elkaar houden. Ze willen alleen maar seks en misschien zelfs wel verliefdheid. Maar wat wij hebben lieverd, dat is het allerhoogste. God houd van ironie.” En toen dronk ze haar glas leeg en kuste me.

0 reacties:

Een reactie posten

Aanmelden bij Reacties posten [Atom]

<< Homepage