Errare humanum est

Back with a new batch!

16/02/2005

Verzet tegen les in vreemde talen aan kinderen van 4 en 5 jaar
Kleuters leren zingend Engels

Door Daniël Hoenderdos
ENSCHEDE, 14 FEBR. Sommige scholen geven al Engels aan kinderen uit groep 1 en 2. Kamerleden van CDA en ChristenUnie vrezen dat dit ten koste gaat van het leren van goed Nederlands.

,,Hello, what's your name? Hello, hello, hello!'' zingen de kleuters van groep 1/2 van de Prinseschool in Enschede. Na het liedje vraagt juf Lieset Diepenmaat aan een kleuter of ze in het Engels aan een vriendinnetje wil vragen hoe zij heet. ,,Hello, what's your name?'' vraagt het meisje aan een vriendinnetje. Het andere meisje zegt braaf haar naam.

De Prinseschool in Enschede is een van de 44 basisscholen (op een totaal van ongeveer 7.000) die zich in Nederland bezighouden met `vroeg vreemdetalenonderwijs' (VVTO). VVTO is een onderwijsvorm waarbij kinderen al op jonge leeftijd worden onderwezen in een vreemde taal. Meestal is dat Engels, maar Frans en Duits komen ook voor. Dit gaat aan de hand van thema's zoals Numbers, My classroom of Colours. Door middel van spelletjes, liedjes en andere activiteiten krijgen deze begrippen betekenis.

Op jonge leeftijd leren kinderen nog fonetisch een taal, waardoor dit een stuk gemakkelijker gaat dan op latere leeftijd wanneer er telkens geschakeld wordt via de moedertaal. Doordat internationale contacten steeds belangrijker worden – de Prinseschool heeft ook een aparte, volledig Engelstalige internationale afdeling – zien steeds meer ouders de meerwaarde van een extra vreemde taal. ,,Wij leren de kinderen spelenderwijs Engels te spreken en te verstaan'', zegt Paul Groot, adjunct-directeur van de Prinseschool. De kleuters in groep 1 en 2 zingen de dagen van de week bijna accentloos.

Niet iedereen is blij met Engels in de kleuterklassen. Zo bestempelde Kamerlid Jan de Vries (CDA) in november 2004 het project Early Bird als ,,tweetalig onderwijs''. Bij dit project krijgen kleuters op negen scholen in Rotterdam circa vijf uur Engels in de week.

De Vries is tegen tweetalig onderwijs op de basisschool. Samen met ChristenUnie-Kamerlid Arie Slob wil hij het Nederlands grondwettelijk laten vastleggen als voertaal. In 1997 ketste zo'n initiatief (van CDA'er Koekkoek en GPV'er Van Middelkoop) af. Slob is tegen het geven van Engels in de kleuterklassen. ,,Daar kun je misschien in groep drie, vier of vijf voorzichtig mee beginnen.''

Beide politici zijn vooral bang dat het Nederlands door de tijdsbesteding aan vreemde talen in de verdrukking komt. ,,Als je een taal minder gebruikt, neemt de beheersing van de taal uiteindelijk af'', aldus Slob.

Minister Van der Hoeven (Onderwijs) zei tijdens het vragenuur voorstander te zijn van het geven van vreemde talen aan jonge kinderen. Ze wees daarbij op de zogeheten Lissabon-afspraken dat zo mogelijk twee vreemde talen worden gegeven op basisscholen. ,,Daaraan zijn wel grenzen gesteld'', aldus de minister. Ze laat daarom de Onderwijsinspectie en het Europees Platform voor het Nederlandse onderwijs, dat door het ministerie belast is met de coördinatie van vroeg vreemdetalenonderwijs, onderzoek doen of scholen te ver gaan, bijvoorbeeld doordat ze jonge kinderen te veel lesuren aan Engels laten besteden.

De Stichting Taalverdediging, die zich inzet voor herstel en behoud van het Nederlands, is van mening dat Early Bird in overtreding is. Zij baseert zich daarbij, net als de beide Kamerleden, op artikel 9 van de Wet op het primair onderwijs. Dit stelt dat Nederlands de voertaal dient te zijn. De stichting spande een rechtszaak aan tegen het Bestuur Openbaar Onderwijs Rotterdam.

Schooldirecteur Groot is het niet eens met de kritiek. ,,Engels gaat helemaal niet ten koste van het Nederlands'', zegt Groot. Op basis van de Cito-scores van de afgelopen tien jaar durft hij te zeggen dat het Engels juist bijdraagt aan de taalontwikkeling. Het toetsinstituut Cito maakt elk jaar toetsen om de hoogste groep van het basisonderwijs op kennis en vaardigheden te testen.

Anne Maljers, woordvoerder talenonderwijs van het Europees Platform, vindt het ook nogal kort door de bocht om te veronderstellen dat het aanleren van een vreemde taal ten koste zou gaan van de moedertaal. ,,Er is geen wetenschappelijk vergelijkingsmateriaal waaruit een negatief effect blijkt.''

Volgens Maljers leidt het beheersen van een vreemde taal tot reflectie op je moedertaal. Door kennis van het vreemde ga je met andere ogen kijken naar wat eigen is. Volgens Maljers zijn scholen ,,prima in staat in te schatten wat hun leerlingen aankunnen.''

Bovendien is sprake van een begripsverwarring, denkt Maljers. Vroeg vreemdetalenonderwijs is het aan jonge kinderen aanleren van vreemde talen, en tweetalig onderwijs komt voor in het voortgezet onderwijs, waar de helft van de lessen in het Nederlands en de helft van de lessen in een moderne vreemde taal (vaak Engels) wordt gegeven. ,,Tweetalige basisscholen komen in Nederland dus ook niet voor'', beweert ze.

Op de basisschool worden veel vakken met elkaar samengevoegd. ,,Als ik leerlingen met dobbelstenen laat gooien en ze en passant cijfers in het Engels aanleer en ze ook laat optellen en aftrekken, leer ik die kinderen dan taal of rekenen?''

Volgens Paul Groot biedt dit clusteren van vakken juist extra mogelijkheden. Door te werken in overkoepelende projecten die veel aanknopingspunten met andere vakken bieden is er ruimte voor les in het Engels. ,,Vijf uur in de week is wel heel veel'', geeft Groot toe. ,,Maar ik twijfel niet aan de wetenschappelijke onderbouwing van Early Bird.''

De kinderen op de Prinseschool vinden Engels vooral heel leuk. Op de rapporten wordt vanaf groep drie het Engels aangestipt, vanaf groep vijf wordt daar een beoordeling aan toegevoegd. In groep 1/2 blijft het nog bij spelletjes en zingen. Over kledingstukken bijvoorbeeld. En als ze dan naar buiten gaan to play zetten sommigen dus hun wooly hat op.

0 reacties:

Een reactie posten

Aanmelden bij Reacties posten [Atom]

<< Homepage